Printed from https://www.webqc.org

Oxidatietoestandcalculator

Oxidatietoestanden van H6Cl2N2Pt :


Oxidatietoestanden
Oxidatietoestandsdiagram niet beschikbaar voor deze verbinding

Oxidatietoestanden berekenen

Om de oxidatietoestanden van atomen in een verbinding te berekenen, voert u de chemische formule in en klikt u op 'Berekenen'. In een chemische formule kunt u gebruiken:
  • Elk chemisch element. Geef de eerste letter van het chemische symbool een hoofdletter en gebruik kleine letters voor de overige letters: Ca, Fe, Mg, Mn, S, O, H, C, N, Na, K, Cl, Al.
  • Functionele groepen:D, T, Ph, Me, Et, Bu, AcAc, For, Tos, Bz, TMS, tBu, Bzl, Bn, Dmg
  • haakjes () of haakjes [].
  • Namen van veelvoorkomende verbindingen.
Voorbeelden van verbindingen met oxidatietoestanden: H2O, CO2, CH4, NH3, HCl, H2SO4, KMnO4, NaCl, CaCl2, FeCl3, Al2O3, methaan, ammonia, water, kooldioxide.

Oxidatietoestandscalculator toont de oxidatietoestanden van atomen in chemische verbindingen via visuele diagrammen.

Wat is een oxidatietoestand?

Een oxidatietoestand (ook wel oxidatiegetal genoemd) is de hypothetische lading van een atoom als al zijn bindingen met andere atomen volledig ionisch zijn. Het beschrijft de mate van oxidatie (elektronenverlies) van een atoom in een chemische verbinding. Oxidatietoestanden kunnen positief, negatief of nul zijn en helpen bij het voorspellen van chemische formules en reacties. De som van de oxidatietoestanden in een neutrale verbinding moet gelijk zijn aan nul.

Hoe worden oxidatietoestanden berekend?

Deze calculator bepaalt oxidatietoestanden door de moleculaire structuur en elektronegativiteit van atomen te analyseren. Zo werkt het proces:

Stap 1: Moleculaire structuuranalyse

De rekenmachine analyseert eerst de chemische bindingen in het molecuul om te begrijpen hoe de atomen met elkaar verbonden zijn. Elke binding vertegenwoordigt een elektronenpaar dat door atomen wordt gedeeld.

Stap 2: Elektronentoewijzing op basis van elektronegativiteit

Voor elke binding worden elektronen toegewezen aan het meest elektronegatieve atoom:

  • Als atoom A elektronegatiever is dan atoom B, gaan alle bindingselektronen naar atoom A
  • Als beide atomen een gelijke elektronegativiteit hebben, worden de elektronen gelijk verdeeld
  • Vrije elektronenparen behoren altijd tot het atoom waarop ze zich bevinden

Stap 3: Berekening van de oxidatietoestand

De oxidatietoestand wordt als volgt berekend:
Oxidatietoestand = Valentie-elektronen - Toegewezen elektronen

Waar:

  • Valentie-elektronen = aantal elektronen in de buitenste schil van het neutrale atoom
  • Toegekende elektronen = elektronen die het atoom 'bezit' op basis van elektronegativiteit

Voorbeeld: Water (H₂O)

Laten we eens kijken hoe dit voor water werkt:

  1. Zuurstof (elektronegativiteit 3,44) is elektronegatiever dan waterstof (2,20)
  2. In elke OH-binding zijn beide elektronen toegewezen aan zuurstof
  3. Zuurstof heeft ook twee vrije elektronenparen die erbij horen
  4. Totaal aantal elektronen toegewezen aan zuurstof: 4 (van bindingen) + 4 (vrije elektronenparen) = 8
  5. Oxidatietoestand van zuurstof: 6 (valentie) - 8 (toegewezen) = -2
  6. Elke waterstof krijgt 0 elektronen uit bindingen
  7. Oxidatietoestand van elke waterstof: 1 (valentie) - 0 (toegewezen) = +1

Traditionele regels voor het bepalen van oxidatietoestanden

De volgende regels bieden een snelle manier om oxidatietoestanden te bepalen zonder gedetailleerde berekeningen:

Regel 1: Zuivere elementen

De oxidatietoestand van elk zuiver element is 0.
Voorbeelden: Na, Cl₂, O₂, S₈ hebben allemaal oxidatietoestanden van 0.

Regel 2: Monatomische ionen

De oxidatietoestand van een mono-atomisch ion is gelijk aan zijn lading.
Voorbeelden: Na⁺ heeft oxidatietoestand +1, Cl⁻ heeft oxidatietoestand -1.

Regel 3: Zuurstof

Zuurstof heeft in verbindingen doorgaans een oxidatietoestand van -2.
Uitzondering: In peroxiden (H₂O₂) heeft zuurstof een oxidatietoestand van -1.

Regel 4: Waterstof

Waterstof heeft in verbindingen doorgaans een oxidatietoestand van +1.
Uitzondering: Bij metaalhydriden (NaH) heeft waterstof een oxidatietoestand van -1.

Regel 5: Fluor

Fluor heeft in verbindingen altijd een oxidatietoestand van -1.

Regel 6: Neutrale verbindingen

De som van de oxidatietoestanden in een neutraal molecuul moet gelijk zijn aan nul.
Voorbeeld: in H₂O heeft H +1 en O heeft -2, dus (2 × +1) + (-2) = 0.

Regel 7: Polyatomische ionen

De som van de oxidatietoestanden in een polyatomisch ion is gelijk aan de lading van het ion.
Voorbeeld: in SO₄²⁻ heeft S +6 en O heeft -2, dus (+6) + (4 × -2) = -2.

Voorbeeldberekening: H₂SO₄

Laten we de oxidatietoestand van zwavel in zwavelzuur (H₂SO₄) bepalen:

  1. H heeft oxidatietoestand +1 (regel 4)
  2. O heeft oxidatietoestand -2 (regel 3)
  3. Laat S oxidatietoestand x hebben
  4. De som moet gelijk zijn aan 0: (2 × +1) + x + (4 × -2) = 0
  5. Oplossing: 2 + x - 8 = 0, dus x = +6
  6. Daarom heeft zwavel oxidatietoestand +6 in H₂SO₄
Geef ons feedback over uw ervaring met de chemische formule balancer.
Menu Evenwicht Molaire massa Gaswetten Eenheden Chemie gereedschappen Periodiek systeem Chemisch forum Symmetrie Constanten Bijdragen Neem contact met ons op
Hoe moet je citeren?